donderdag 7 april 2016

Wenen laatste dag : Wandeling naar Hundertwasserhaus

Voor onze laatste dag besluiten we te voet, langs het Donaukanaal naar het Hundertwasserhaus te gaan,  een kleurrijk complex van sociale appartementen dat ontworpen werd door de controversiële Oostenrijkse kunstenaar/architect Friedensreich Hundertwasser, die verantwoordelijk is voor meerdere gelijkaardige fantasierijke gebouwen in Wenen.

Net zoals Barcelona's Gaudí eerder had gedaan, reageerde Hundertwasser tegen de conventionele saaie architectuur van zijn tijdsgenoten en wenste hij architectuur die dichter bij de natuur stond, zonder onnatuurlijke rechte lijnen maar met felle kleuren en grillige vormen.


In 1983 begon Hundertwasser met de conversie van een sociaal appartementsgebouw in een bizar ogend kleurrijk lappendeken met onregelmatige patronen en vensters met verschillende afmetingen. Toen het twee jaar later voltooid was, veroorzaakte zijn fantasierijke creatie heel wat beroering en architectuur critici catalogeerden het al snel onder de noemer kitch. Desalniettemin werd het Hundertwasserhaus - zoals het al snel bekend werd - een groot succes bij het grote publiek en weldra begon het gebouw bezoekers aan te trekken die naar deze anders zo rustige residentiële wijk afzakten om het gebouw te bekijken.

Het Hundertwasserhaus is ontworpen met golvende lijnen, aangezien Hundertwasser de rechte lijn 'goddeloos' noemde. Hij was zelfs van plan om de vloeren golvend te maken maar om praktische redenen werd dit nooit doorgevoerd.

Hundertwasser verwierp ook de louter functionele moderne architectuur (hij demonstreerde zelfs tegen de rationele architectuur van Adolf Loos), vandaar dat het Hunderwasserhaus gekroond wordt met een goudkleurige ajuinvormige koepel en versierd is met stucco beelden en met keramiek betegelde zuilen.


.
De gevel van het Hundertwasserhaus is geschilderd in felle kleurrijke patronen. Op sommige plaatsen lijken de kleuren van de gevel gescheurd en is de originele façade zichtbaar.



De drang van Hundertwasser om de architectuur dichter bij de natuur te brengen is niet enkel duidelijk door zijn gebruik van gebogen lijnen, maar ook in het vele groen dat hij integreerde door het planten van bomen en klimop op de terrassen







woensdag 6 april 2016

Wenen dag 3 : Schönbrunn & Zoo - Hotel Sacher


Met de U4 reizen we naar Hietzing om Schönbrunn te bezoeken.

Het paleis ligt op zo'n zes km van het centrum van Wenen maar is makkelijk bereikbaar met behulp van de metro. Het hele gebied, inclusief de uitgestrekte tuin, is zo'n 176 hectare groot en je moet minstens een halve dag uittrekken voor een bezoek aan het magnifieke paleis en tuin van Schönbrunn.


We wandelen de tuinen door om tot aan de achterzijde van het paleis te komen.


Nadat keizer Maximiliaan II het domein waarop het huidige paleis ligt - indertijd bekend onder de naam Katterburg - in 1569 aankocht, liet hij het bestaande kasteel ombouwen tot een jachthuis. Het verhaal gaat dat zijn zoon keizer Matthias hier een mooie bron ontdekte tijdens de jacht waarop hij zei 'So ein schöner Brunnen' (wat een mooie bron), wat leidde tot de naam Schönbrunn.


In 1695, nadat de Turken het jachthuis vernield hadden, gaf keizer Leopold I architect Johann Bernhard Fischer von Erlach de opdracht om een paleis te bouwen dat de pracht en praal van Versailles moest overtreffen. Maar vanwege kostelijke oorlogen werd het voorstel van Fischer von Erlach, dat bestond uit een groots paleis met vele vleugels gelegen op de top van een heuvel te kostelijk bevonden en de keizer moest zich tevreden stellen met een meer bescheiden ontwerp. De bouw van het paleis ging van start in 1696 maar toen Leopold I in 1705 stierf was het slechts gedeeltelijk voltooid.

Zijn opvolger, Jozef I, spendeerde een groot deel van zijn tijd in een afgewerkt deel van het paleis. Desondanks vorderden de werken maar matig tot aan het midden van de 18e eeuw toen Maria Theresia hofarchitect Nicolaus Pacassi de opdracht gaf het paleis af te werken.
In 1918 werd een einde gebracht aan het heerschappij van de Habsburgers, waarna het paleis in handen kwam van de staat.


De kroon op het park is de Gloriette, een neo-klassiek bouwwerk met zuilengang dat bovenop de top van de Schönbrunn heuvel prijkt. In de oorspronkelijke plannen van Johann Bernhard Fischer von Erlach zou op deze plaats het paleis gebouwd worden, met enorme terrassen op de flank van de heuvel die op de stad uitkijkt. Uiteindelijk werd op deze prominente plaats in 1775 de Gloriette gebouwd door Ferdinand von Hohenberg als een monument voor de soldaten die hun leven voor het keizerrijk hadden gegeven. Vanaf de Gloriette heb je een prachtig panoramisch zicht, niet enkel over het park en het paleis, maar ook over de stad Wenen. 



Een van de hoogtepunten van Schönbrunn is de Neptunus Fontein (Neptunbrunnen), de meest monumentale fontein in het park. Het werd in 1780 gebouwd door Franz Anton von Zauner, een Oostenrijkse beeldhouwer. De barokke beeldengroep beeldt een mythische scene uit waarin de zeegodin Thetis aan Neptunus vraagt te garanderen dat haar zoon 
Achilles een veilige doortocht naar Troje zou krijgen.




In de buurt van het Palmenhaus ligt de Tiergarten (zoo). Maximiliaan II had hier reeds een verzameling exotische dieren, maar de huidige zoo dateert van 1752, tijdens de regeerperiode van Maria Theresia. 





De zoo is nu gemoderniseerd en biedt onderdak aan een verscheidenheid aan diersoorten waaronder olifanten, apen, nijlpaarden, koalas en zo meer.



















Terug in het centrum lopen we  langs het Secession gebouw.
Het opmerkelijke gebouw werd ontworpen door Joseph Maria Olbrich in de Jugendstil stijl, de lokale versie van Art Nouveau. Het werd in 1898 gebouwd als het hoofdkwartier van de Secession, een kunststroming die de banden met de klassieke kunst wilde verbreken.
De bekendste voorstander van deze beweging was Gustav Klimt, van wie verscheidene kunstwerken terug zijn te vinden in het Secession gebouw. 



Het bouwwerk wordt bekroond met een bol die bestaat uit vergulde in elkaar verstrengelde lauriersbladen. Bloemmotieven en kleine beelden versieren de wit geschilderde gevels.




Om deze prachtige dag af te sluiten gaan we de fameuze 'Sachertorte" proberen in het hotel Sacher.



dinsdag 5 april 2016

Wenen dag 2 : Karlzplatz - Belvedere - Literaturmuseum - Nationalbibliothek - Naschmarkt

Vanmorgen wandelen we naar het Belvedere.

Karlsplatz, een van de grootste pleinen van Wenen wordt voor een groot deel ingenomen door het Resselpark. Het park wordt gedomineerd door een prachtige barokke kerk, de Karlskirche, en meerdere culturele instellingen zoals het Musiekverein en Kunstlerhaus liggen aan het plein.


De magnifieke Karlskirche, een barokke kerk die in 1713 werd ontworpen in opdracht van keizer Karel VI, kijkt uit over Resselpark. De kerk werd gebouwd tussen 1716 en 1737 naar een ontwerp van Fischer von Erlach, die duidelijk beïnvloed werd door de architectuur die hij bewonderd had tijdens een eerdere reis naar Rome.






 Het ontwerp van de twee triomfzuilen werd duidelijk gebaseerd door de Zuil van Trajanus. De reliëfs op de zuilen tonen scènes uit het leven van St. Carolus Borromeus, aan wie de kerk gewijd is. Een groot modern beeld gemaakt door Henry Moore siert de vijver voor de Karlskirche. Het beeld werd in 1978 aan de stad Wenen geschonken door de befaamde kunstenaar.






Het Belvedere is een prachtig paleiscomplex in Wenen. Twee barokke paleizen, het Unteres en Oberes Belvedere, staan tegenover elkaar aan weerzijden van een hellend park met formele Franse tuinen versierd met fonteinen, standbeelden en cascades.

We bezoeken enkel de tuinen.



















Ik heb toch een kijkje kunnen nemen in een van de paleizen.

We wandelen nu terug naar het Stadspark.
Met de afbraak van de middeleeuwse verdedigingsmuur rond Wenen ontstond er een grote ruimte vlak bij het centrum van de stad. Hiervan werd niet enkel gebruik gemaakt voor grootse bouwprojecten maar er werd ook ruimte voorzien voor de aanleg van enkele parken.












Het Stadtpark is ondermeer populair vanwege de vele beelden van kunstenaars - vooral muzikanten - die over het park verspreid staan. Je vindt standbeelden en borstbeelden van componisten zoals Franz Schubert en Anton Brückner, maar veruit het 
meest bekende is het Johann Strauss monument, dat in 1921 gemaakt werd door de Oostenrijkse beeldhouwer Edmund Hellmer. Het monument toont een verguld standbeeld van Johann Strauss II, de koning van de wals, met achter hem een stenen boog versierd met Najaden.




















Tijd voor "kuchen and kaffee" in het beroemde Café Demel









In de Nationaalbibliotheek worden maar liefst meer dan 200.000 werken tentoongesteld; naslagwerken over de Oostenrijkse geschiedenis, politiek, kunst en boekdrukkunst.

Niet alleen de boeken, maar zeker ook de 10 bijzondere tentoonstellingen maken de bibliotheek een bezienswaardigheid. 




De barokke pronkzaal is ongetwijfeld een van de hoogtepunten tijdens een bezoek aan dit museum. De zaal werd in de 18e eeuw gebouwd en is bijna 80 meter lang en 20 meter hoog. De grote koepel, versierd met prachtige fresco's, maken de zaal tot een niet te missen bezienswaardigheid










Der ewige Kaiser. Franz Joseph I. 1830–1916
2016 jährt sich zum 100. Mal der Todestag von Kaiser Franz Joseph I. 
Als er am 21. November 1916 starb, war sein allgegengewärtiges, scheinbar zeitloses Gesicht das einzig bindende Symbol des zerfallenden Habsburgerreiches.

Heute befinden sich mehr als 10.000 Fotografien, Grafiken, Bücher, Zeitschriften und Lebensdokumente Franz Josephs in der Österreichischen Nationalbibliothek. Die Ausstellung „Der ewige Kaiser“ präsentiert die Höhepunkte dieser umfangreichen Sammlung und dokumentiert damit zugleich die politische Propaganda, die mit den Bildern des Kaisers schon zu seinen Lebzeiten betrieben wurde und die bis heute im Habsburg-Mythos nachwirkt. Aus der Privatbibliothek des Kaisers und der Familienbibliothek stammen wertvolle Geschenke, Bücher und Zeitschriften, vor allem aber Fotografien und Grafiken, die Zeugnis geben von der Loyalität und bisweilen unreflektierten Verehrung, die der Kaiser gegen Ende seines Lebens erfuhr. Persönliche Objekte aus den Nachlässen von Katharina Schratt und Erzherzogin Maria Theresia von Braganza sowie Schreiben Franz Josephs an seine Mutter Sophie und an seine Gattin Elisabeth erlauben einen Blick auf die Persönlichkeit hinter der höfischen Fassade. Erstmals öffentlich zu sehen sind dabei die 2015 entdeckten Abschiedsbriefe von Mary Vetsera aus Mayerling, die 1889 gemeinsam mit Kronprinz Rudolf Selbstmord beging.